Exameneisen & oefeningen VEG

Dit zijn de oefeningen en eisen voor het examen Voortgezette Elementaire Gehoorzaamheid (VEG)

Het examen bestaat uit de volgende onderdelen, waarbij voor ieder onderdeel respectievelijk het minimum aantal en het maximum aantal punten dat behaald kan/moet worden:

1. Volgen aangelijnd (10) - (15)
2. Staan en betasten (08) - (10)
3. Gebit tonen (03) - (05)
4. Voorkomen onaangelijnd (08) - (10)
5. Voet niet aangelijnd (08) - (10)
6. Terug sturen naar de plaats (08) - (10)
7. Af oefening 2 minuten, afstand 15 meter (08) - (10)
8. Gedrag t.o.v. andere honden (3,5) - (05)
9. Omgang baas/hond (3,5) - (05)

Het totaal van het minimum aantal punten moet zijn 60. Het maximum aantal punten dat je kunt halen is 80.

• Het niet belonen van de hond na elke oefening heeft puntenaftrek tot gevolg. (valt onder oefening 9.)

• Het gebruik van (extra) hulpen heeft puntenaftrek tot gevolg.


• Het noemen van de naam van de hond, samen met het bevel, wordt niet als een extra bevel gerekend.


• Er worden geen punten afgetrokken voor geruststellend toespreken bij de oefeningen "staan en betasten" en "gebit tonen".


• Tijdens het gehele programma is het niet toegestaan voer of een speeltje bij zich te hebben.


• Het is niet toegestaan om tijdens het volgen tegen de hond te praten.


• Loopse teven doen aan het eind van het programma examen. De hond dient apart van de groep gehouden te worden. Pas wanneer de examinator of de instructeur het aangeeft mag de hond gehaald worden.

Nadere uitleg van de oefeningen

1) Volgen aangelijnd
Bij het aangelijnd volgen dient de hond aan de linkerkant naast de geleider te volgen, waarbij de riem niet gespannen mag zijn. De hond volgt de geleider zonder deze te hinderen. Het programma omvat: volgen in rechte lijn, wendingen links, rechts, linksomkeerd, rechtsomkeerd (op dezelfde lijn weer terug), voor en achterlangs de groep met maximaal 1 meter afstand, de figuur "acht" (met een cirkeldoorsnee van 3 meter om 2 pionnen heen) en halthouden waarbij de hond zonder commando naast de geleider gaat zitten met hetzelfde front als de geleider.

puntenaftrek voor:

• extra bevelen
• correcties
• niet naast de geleider volgen
• uitwijken en/of hinderen bij de wendingen
• traag of niet op de juiste plaats gaan zitten bij het halthouden
• praten tijdens de oefeningen

2) Staan en betasten
De hond wordt in de vereiste stand geplaatst d.m.v. één bevel. De hond wordt van alle zijden beoordeeld en daarna betast. Bij het beoordelen en het betasten staat de geleider schuin voor de hond. De geleider mag de hond geruststellend toespreken, indien nodig.

puntenaftrek voor:

• hulpen met de riem, hand, voet e.d.
• terugtrekken
• grommen of ander agressief gedrag
• extra bevelen om de hond te laten blijven staan
• angstig gedrag

3) Gebit tonen
De geleider toont het gebit van de hond in drie fasen. Hierbij zit de hond en staat de geleider ernaast. De bek van de hond blijft daarbij gesloten. De geleider mag, indien nodig de hond geruststellend toespreken.

puntenaftrek voor:

• terugtrekken
• gebit niet compleet laten zien
• grommen of ander agressief gedrag

4) Komen op bevel
De hond gaat op één commando van de geleider liggen op een door de examinator aangegeven plaats tussen 4 pionnen die in een vierkant geplaatst zijn met een onderlinge afstand van 3 meter. De riem wordt voor de hond gelegd. Op aanwijzingen van de examinator stelt de geleider zich op 20 meter afstand van de hond op, met het gezicht naar de hond. Op teken van de examinator wordt de hond door de geleider geroepen. De hond moet in een rechte lijn naar de geleider toe komen en recht voor hem/haar gaan zitten.

puntenaftrek voor:

• uit eigen beweging verlaten van de plaats door de hond
• niet vlot en/of in rechte lijn komen van de hond
• op te grote afstand en/of niet gaan zitten voor de geleider
• extra bevelen

5) Voet onaangelijnd
Na oefening 4 zit de hond correct voor de geleider. Op bevel verplaatst de hond zich naar de linkerzijde van de geleider en wel om de geleider heen. Dit gebeurt op één bevel. De hond gaat uit zichzelf naast de geleider zitten met hetzelfde front als de geleider.

puntenaftrek voor:

• extra bevelen
• niet op de juiste plaats of scheef gaan zitten
• niet gaan zitten
• uit eigen beweging aan de voet komen

6) Terug zenden plaats
Na aanwijzingen van de examinator geeft de geleider de hond het bevel terug te keren naar de door hem in oefening 4 verlaten plaats, de riem. De hond dient dit onmiddellijk en langs de kortste weg te doen en direct op of bij deze plaats, de riem, te gaan liggen. Hierbij mag de afstand tussen de hond en de riem maximaal 50 cm. bedragen. Gelijktijdig met het mondelinge commando mag een korte armbeweging gemaakt worden ter bekrachtiging van het commando. Na aanwijzingen van de examinator begeeft de geleider zich naar de hond, loopt om de hond heen en gaat naast de hond staan. Hij/zij laat de hond op één bevel zitten. Daarna wordt de hond aangelijnd.

puntenaftrek voor:

• extra bevelen
• uit eigen beweging verlaten van de plaats
• niet vlot en/of in rechte lijn terug gaan
• op te grote afstand van de riem gaan liggen of niet gaan liggen
• snuffelen
• uit eigen beweging gaan zitten

7) Afliggen (onaangelijnd)
De hond gaat op één bevel naast de geleider liggen (in een groep). De geleider gaat op aanwijzingen van de examinator op 15 meter afstand van de hond staan, gedurende 2 minuten. Op teken van de examinator gaat de geleider terug naar de hond, hij/zij loopt om de hond heen en gaat naast de hond staan. Daarna gaat de hond op één bevel zitten.

puntenaftrek voor:

• extra bevelen
• kruipen of snuffelen
• voortijdig verlaten van de plaats zowel door de hond maximaal 50 cm. als door de geleider (dan 0 punten voor de oefening)
• zonder bevel gaan zitten bij terugkomst van de geleider

8) Gedrag t.o.v. andere honden
Dit moet normaal, vriendelijk of onverschillig zijn, maar mag niet vijandig of hinderlijk zijn.

puntenaftrek voor:

• uitvallen naar andere honden
• agressief gedrag
• overdreven speelsheid
• angstig zijn

9) Omgang baas/hond
van de geleider wordt verwacht:

• Dat hij inzicht heeft in het karakter van zijn of haar hond en bevelen/correcties geeft in overeenstemming met dit karakter.

• Uit de samenwerking moet blijken dat de combinatie respect heeft voor elkaar.


• Dat hij op tijd beloont/straft.


• Dat hij met de hond kan spelen

Nou "zucht" vanavond om kwart voor 9 is het dan zover! De zenuwen gieren door mijn keel en heb de hele dag geen hap door mijn keel kunnen krijgen! Pffffff ... ... ... spannend hoor zo'n examen! Ik hoop dat Diesel zijn best gaat doen!

Groetjes,
Suzanne